Europese industrie van gewasbeschermingsmiddelen (ja ook bio) engageert zich ter ondersteuning van Europese Green Deal.

De Europese industrie van gewasbeschermingsmiddelen heeft een set van ambitieuze engagementen aangenomen om de Europese Green Deal te ondersteunen, waaronder een investering van €14 miljard in nieuwe technologieën en meer duurzame producten tegen 2030. Ook Phytofar, de Belgische vereniging, staat achter deze verbintenissen.

Naast deze investering wil de Europese vereniging van de industrie van gewasbeschermingsmiddelen (ECPA) ook de afvalinzameling intensiveren en het opleidingsniveau van de landbouwers in Europa verhogen. Hiermee reageert ze op de Europese strategieën "Van boer tot bord" en "Biodiversiteit".

Géraldine Kutas, directeur-generaal van ECPA: "Met haar ambitieuze Europese Green Deal heeft de Europese Commissie het startschot gegeven van de weg naar een duurzamere, klimaatneutrale toekomst. Wij sluiten ons aan bij de beleidsinitiatieven van de Green Deal en daarom hebben onze bedrijven zich verenigd om onze eigen vrijwillige, sectorspecifieke en meetbare doelen te stellen.”

Deze engagementen zullen de sector voor het komende decennium richting geven op gebied van innovatieve landbouwtechnologieën, circulaire economie en betere bescherming van mens en milieu:

• Innovatie en investering: Door innovatie en de inzet van digitale, precisie-instrumenten en biologische middelen te ondersteunen, bevorderen we de ambitie van de Europese Commissie tot een digitaal en groen herstel. Tegen 2030 zullen we 10 miljard euro investeren in innovatie op het gebied van precisie- en digitale technologieën en 4 miljard euro in innovatie op het gebied van biologische middelen. Alle investeringen die de industrie doet, zijn alleen nuttig als er een passend regelgevend kader is om hiermee de Europese landbouwers te bereiken.
• Circulaire Economie: Door het inzamelingspercentage van de lege plastic verpakkingen voor gewasbeschermingsmiddelen te verhogen tot 75% en door tegen 2025 een inzamelsysteem op te zetten in de EU-lidstaten die er nog geen hebben, draagt de industrie bij tot de doelstelling om een circulaire economie te creëren, gericht op het minimaliseren van afval en de milieueffecten van plastic verpakkingen.
• Bescherming van mens en milieu: Door landbouwers op te leiden voor de implementatie van geïntegreerde gewasbescherming, waterbescherming en het belang van persoonlijke beschermingsmiddelen, wil onze industrie blootstelling aan en de risico’s van het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen verder minimaliseren en tegelijkertijd bijdragen aan de algemene doelstellingen van de Richtlijn voor Duurzaam Gebruik en de EU-strategie "Van boer tot bord", die gericht zijn op het duurzaam produceren van voldoende voedsel.

Géraldine Kutas voegt eraan toe: “We zijn het allemaal eens over de richting van de reis, nu is het belangrijk om die bewuste stappen te maken om het einddoel te bereiken. Deze engagementen zullen een uitdaging zijn voor onze bedrijven, maar we zijn vastbesloten om te doen wat we hebben afgesproken en we roepen de Europese Commissie op om duurzame landbouw te ondersteunen met een passend regelgevend kader om alle landbouwers te bereiken. We zullen de vooruitgang van onze sector gedurende het komende decennium opvolgen en op transparante wijze meedelen".

Ook Phytofar, de Belgische Vereniging van de industrie van Gewasbeschermingsmiddelen, zet haar schouders onder deze engagementen. Peter Jaeken, secretaris-generaal van Phytofar verduidelijkt: “De engagementen die de industrie nu aangaat, zijn een uitdaging maar wij beginnen niet van nul. Op het vlak van circulaire economie is België koploper! Het inzamelingspercentage van de lege plastic verpakkingen van gewasbeschermingsmiddelen die in België door AgriRecover worden opgehaald, is 90%! Het ophalingssysteem werd door Phytofar opgestart in 1997. We zijn blij te zien dat het zo goed loopt en dat vele Europese landen er een voorbeeld aan kunnen en zullen nemen. Ook op andere domeinen worden al inspanningen geleverd en met deze engagementen schakelen we een versnelling hoger.”